Eeuwenlang is het onderwijs aan dove kinderen gericht geweest op het leren spreken. Er werd algemeen gedacht dat alleen een gesproken taal het voor dove mensen mogelijk zou maken om zich in de maatschappij te ontwikkelen. Gelukkig is die zuiver op spraak gerichte methode nu bijna iets van het verleden, en wordt gebarentaalonderwijs meer en meer normaal. Er wordt algemeen erkend dat enkel gebarentalen de echte moedertalen kunnen zijn voor mensen met een gehoorbeperking.
Ondanks de toenemende bekendheid en de voortgang in de wetenschap, blijven er technische uitdagingen die volledige inclusie van dove mensen belemmeren. De volgende componenten van ondersteunende technologieën behoeven aandacht:
- Er zijn geen robuuste computervertaalsystemen van en naar gebarentalen die, buiten heel specifieke domeinen, met algemene taaluitingen kunnen omgaan, en zo drempelvrije participatie ondersteunen van dove mensen in allerlei activiteiten en situaties.
- Er zijn geen systemen voor gebarentaalanimatie (gebarende avatars) die boven de grammatica van standaardzinnen uitstijgen.
- Er zijn geen robuuste systemen voor gebarentaalherkenning die met ‘big data’ kunnen omgaan, zoals gebarentaalvideo’s.
- De vraag naar gebarencontent blijft wereldwijd groeien, maar de industrie die content met gebarentaalmedia kan maken (zoals omroepen, maar ook tolken en vertalers) kan niet gebruik maken van goede ondersteunende technologie. Dit gebrek maakt versnelling op dat gebied lastig.
- Er zijn te weinig standaarden voor het maken van nieuwe gebarentaaldata waar technologieontwikkelaars zo behoefte aan hebben. Hetzelfde geldt voor standaarden op het gebied van efficiency en natuurlijkheid van gebarentaalavatars.